
Wat vindt u van uw eigen wijk?
Hoe ervaren buurtbewoners hun eigen wijk? Daar ging de buurtenquête over die de PvdA in juni heeft gehouden. In vier buurten, te weten Kogerveld, Wormerveer Noord, Westzijderveld en Westzaan Zuid zijn huis aan huis honderd enquêteformulieren verspreid in verschillende straten.
In totaal zijn 25 formulieren ingevuld. Dat is door verschillende oorzaken dit keer niet zo veel, maar het geeft toch een beeld van zaken die er zoal leven.
Het valt op dat ook binnen wijken er heel verschillend gedacht wordt. Waar de een het “allemaal prima”vindt, regent het bij de ander onvoldoendes. Kijken we naar het gemiddelde rapportcijfer over alle vier wijken, dan is men het meest tevreden over sportgelegenheid (rapportcijfer 7,0). Ook inzameling van afval (6,8), sociale veiligheid en criminaliteit (6,7), woningen (6,7) en winkels (6,6) scoren relatief goed.
Het minst tevreden is men over voorzieningen voor uitgaan en ontspanning (rapportcijfer 4,6), zorg voor ouderen (4,8), plekken, activiteiten voor opgroeiende jeugd (4,9) en onderhoud van de openbare ruimte (4,9).
Interessant voor de PvdA-fractie zijn vooral ook de open toelichtingen die de bewoners hebben op opgeschreven. Hier gaat het vaak over het onderhoud van de openbare ruimte (met name groenvoorziening) en de verkeersveiligheid. Ook parkeren en busverbinding zijn zaken die een aantal keer genoemd worden. Dit zijn kennelijk zaken die mensen na aan het hart liggen. Sociale veiligheid, criminaliteit scoort qua rapportcijfer redelijk goed, maar wordt in de open vragen toch een aantal keer als zorgpunt genoemd.
Bij de invulling van het nieuwe verkiezingsprogramma van de PvdA zullen de uitkomsten van de enquête mede een rol spelen.
De enquête zal in iets andere vorm nog breder herhaald worden onder leden en niet-leden van de PvdA.

Jet Bussemaker spreekt leerlingen van de "Food and Process Tech Campus"
Demissionair minister Jet Bussemaker (Onderwijs, Cultuur, Wetenschap) toonde maandagochtend oprechte belangstelling in het werk van leerlingen van de ’Food and Process Tech Campus’ van het ROC in Zaandam.
Op de ochtend voor de Jaarconferentie Techniekpact liet zij zich bij het Regionaal Opleidingscentrum aan het Jonkerplantsoen in Zaandam informeren over de aansluiting tussen praktisch onderwijs en het bedrijfsleven. De minister nam alle tijd voor de leerlingen. Ze was vooral geraakt door het enthousiasme van de Heemskerkse Caline Castricum (18), die volgens Bussemaker een ’rolmodel’ kan zijn voor vrouwen die werkzaam zijn in een technisch beroep.
Maandagmiddag krijgt de minister de Voortgangsrapportage Techniekpact aangeboden in Hilversum.
Foto Ron Amesz Caline Castricum, demissionair minister Jet Bussemaker, Dani Alkurdi, Mika Stoop tijdens het werkbezoek aan het ROC.
Bron: Dagblad Zaanstreek
Zie ook onderstaande video.

Samenwerking aan een ongedeelde stad
Er kan weer volop gebouwd worden. De crisis is voorbij en er is een groeiende vraag naar woningen, vooral in het middeldure segment (met een huur van € 712 tot € 900 per maand). Maar hoe komen we tot een woningmarkt die naadloos aansluit bij de maatschappij? Welke partijen hebben hier een rol in en zijn ze bereid tot samenwerking? Door een tekort aan middeldure huurwoningen is de Nederlandse woningmarkt niet goed in balans. Om dit probleem adequaat aan te pakken is samenwerking nodig tussen gemeentes, woningcorporaties en beleggers. Maar alle partijen hebben hun eigen belangen. Een integrale oplossing met daaronder een goed doortimmerde langetermijnvisie ligt niet voor het oprapen. Toch lijken alle partijen de noodzaak van nauwe samenwerking te onderschrijven.
Jeroen Olthof: “We moeten toe naar een systeem met meer flexibiliteit, een systeem dat meeademt met de ontwikkelingen in de maatschappij.”
Belegger, wethouder en woningcorporatie in gesprek. Lees wat Jeroen Olthof hiervan vindt in het magazine vastgoedsturing.
Bron: ivvd.nl

Welke mantelzorger verdient een schouderklopje?
PvdA Zaanstreek heeft Stichting MOE (Mantelzorgers Onder Elkaar) geholpen met het realiseren van een verwenpakket voor iemand die zorg aan iemand verleent. Iedere maand wordt dit ‘schouderklopje’ uitgereikt aan een mantelzorger uit de Zaanstreek! Het verwenpakket wordt aangeboden door 6 Zaanse ondernemers. Zij verzorgen samen een jaar lang het schouderklopje voor Stichting MOE. In het verwenpakket zit een ontbijtje van Bakkerij Lex Brakenhoff, een cadeaubon van Brouwerij Hoop met wat lekkers uit de winkel, een dinerbon van The Mail Company, de PUUR ZAANS kortingspas, 2 kaarten voor het Zaantheater en het boek ‘Geluk is D.O.M. van De Geluksprofessor Patrick van Hees.
Stichting MOE roept iedereen op om een Zaanse Mantelzorger te nomineren die een verwenpakket verdient. Stuur een email met je motivatie over de Mantelzorger die je in het zonnetje wilt zetten en waarom naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. en wie weet kan Stichting MOE hem of haar in het zonnetje zetten namens de deelnemende ondernemers!
Bekijk de mantelzorgers die al een schouderklopje hebben ontvangen op de site van Stichting MOE.

Jeroen Olthof: “Maak innovatie mogelijk in het sociaal domein om nog meer vanuit preventie te werken"
De decentralisatie. Het was zo’n woord dat veel gemeenten bezighield. Taken in de zorg, voor de jeugd, voor ouderen, gingen van het Rijk naar de gemeenten. Was dat wel zo’n goed idee? “Ik heb daar wel mijn twijfels over gehad”, zegt Jeroen Olthof. Nu de verkiezingen voor de deur staan, kijken we met een aantal wethouders terug op de afgelopen periode en kijken we ook vooruit. Jeroen Olthof is de eerste.
“In 2013 vroeg ik me nog hardop af of we nu marktwerking tussen gemeenten aan het organiseren waren. Is dat wat we willen? Maar ik stond daar redelijk alleen in”, zegt hij nu, in het spectaculaire stadhuis van Zaanstad. “We zaten toen midden in een crisis, sommige gemeenten zaten echt op het randje, dus dan kun je je afvragen of je zo’n transformatie op zo’n moment moet doen.”
Hij ging pas later "om", toen hij er daadwerkelijk verantwoordelijk voor werd. “De zorg heeft een gezicht gekregen, er is iemand aanspreekbaar en ik voel me verantwoordelijk.” Maar toen kwamen de apocalyptische verhalen in de media. Zijn de gemeenten er wel klaar voor? Vallen er geen mensen tussen wal en schip? Ook de zorgwereld was sceptisch. Die zag dit vooral als een bezuinigingsopgave.
Zoektocht
“Het is altijd een kwalitatieve zoektocht geweest naar hoe we onze burgers, onze mensen, het beste kunnen ondersteunen. Hoe kunnen we de problemen meer integraal aanpakken. Hoe kunnen we zaken voorkomen?” Als voorzitter van de Sociale Pijler van de G32 ziet hij dat gemeenten met verschillende snelheden deze transformatie doormaken. “Ik zie steden die al heel ver zijn. Leeuwarden, Apeldoorn, Deventer, Eindhoven, maar ook Zaanstad lopen voorop. Andere steden hebben hun handen vol aan de transitie en zijn nog niet goed toegekomen aan transformeren. Het blijft de grootste opgave voor gemeenten sinds mensenheugenis, dat mogen we niet vergeten.”
Grondig doen
Een beperking in de opzet van de decentralisatie vindt hij dat “we hetzelfde moesten doen voor minder geld. Wij zijn nooit gecompenseerd voor het volledig inrichten van een hele nieuwe organisatie. Bij een aantal gemeenten leidde dat tot financiële zorgen, want er werd nogal wat van ze gevraagd.”
“Zaanstad is een arme gemeente. Wij hadden niet de luxe om achterover te hangen. We zagen het als een kans. We zijn direct met die reorganisatie aan de slag gegaan en we wilden het meteen helemaal anders doen. Dat zit in de cultuur van onze organisatie. Wij willen de zaken altijd grondig doen, dat is de Zaankanter eigen. Daar was veel draagvlak voor, ook in de Raad.”
Vangnet
Die decentralisatie en de transformatie noemt hij een complete ‘reset’. ”We bepalen als overheid niet meer van bovenaf wat er moet gebeuren. De verantwoordelijkheid ligt nu bij de zorgprofessional in de wijk. Het gaat daarbij niet meer om waar de burger recht op heeft. Nee, het gaat erom samen te kijken hoe wij zijn situatie kunnen verbeteren. De mens is geprogrammeerd om met regels te werken, terwijl dat niet altijd per se tot de beste oplossingen leidt.”
“Waar ik zelf trots op ben, is dat we een vangnet hebben én dat we het mogelijk hebben gemaakt om maatwerk te bieden. Daar waar de regels knellen, worden ze opzij gezet en we hebben extra budget vrij gemaakt om maatwerk te leveren. Professionals mogen naar eigen inzicht handelen.” Hij noemt een voorbeeld. “Als iemand een huurachterstand heeft en de professional denkt dat er veel leed voorkomen kan worden als de gemeente een maand huur betaalt, dan kan dat. Als je daarmee een huisuitzetting kan voorkomen, is dat goed voor het betreffende gezin en is het uiteindelijk ook goedkoper voor de gemeente. Dat is spannend, want fraude en misbruik liggen op de loer. Maar uiteindelijk zie je dat die vroegtijdige maatregelen hun vruchten afwerpen. De zorgverlener die op die manier verantwoordelijkheid durft te pakken, wil ik het gevoel geven dat ik achter hem sta.”
Makkelijker met elkaar schakelen
De komende maanden wil Jeroen Olthof zich vooral inzetten om het fundament te versterken, zodat zijn opvolger, van welke politieke kleur dan ook, er zonder problemen mee verder kan. “Ook in de samenleving zie ik nu rust.” Hij is zelf pas tevreden als de mensen het wijkteam als van zichzelf beschouwen en niet van de overheid. “Dat gaat de goede kant op. Al zie je wel dat de administratieve last nog te hoog is en dat er nog veel te winnen is op gebied van preventie. Wel zie je dat de verschillende organisaties, jeugdzorg, politie, hulpverleners makkelijker met elkaar schakelen.”
Het is 80 procent communicatie, stelt hij vast. “We moeten laten zien wat we aan het doen zijn. En vooral laten we zien dat we het anders doen en dat we het voor die mensen die het nodig hebben beter doen. Dat zie ik in Zaanstad nu wel ontstaan.”
Maak innovatie mogelijk
Twee belangrijke zaken wil hij het Rijk, en de mensen die nu een kabinet formeren, meegeven. Ten eerste: Geef de lokale overheid de rust en de ruimte om zaken op orde te krijgen. Maar zorg ook dat er geld beschikbaar komt om innovatie mogelijk te maken, om nog meer vanuit preventie te werken. “Voorkomen is immers beter dan genezen.”
De komende tijd interviewen we nog vijf wethouders over de decentralisatie en de transformatie. Aan het einde mag de geïnterviewde een vraag stellen aan de volgende, de estafettevraag. Jeroen heeft een vraag voor Tom Horn, wethouder in Haarlemmermeer: “Aan hem wil ik vragen: hoe leg je je prioriteiten bij het toewijzen van een sociale huurwoning? Er zijn allerlei bewoners die er recht op hebben, verwarde mensen, statushouders, mensen met een beperking en mensen die al heel lang op een sociale huurwoning wachten en er ook recht op hebben, maar wie krijgt als eerste de sleutel?”
Estafette-interviewreeks blikt terug op transitie sociaal domein
Na alle transities in het sociaal domein, ligt binnen het G32-Stedennetwerk al enige tijd de focus op de werkelijke transformatie. Door meer te investeren in preventie kunnen zwaardere problemen worden voorkomen, onder het adagium ‘voorkomen is beter dan genezen’. Daarnaast biedt de transformatie gemeenten en hun partners de ruimte om zo veel mogelijk integraal en gebiedsgericht op een hele andere manier aan het werk te gaan, te innoveren, nieuwe samenwerkingsverbanden en constructies te creëren en ruimte te geven aan maatschappelijke initiatieven, burgerkracht en nieuwe partners. Nu deze bestuursperiode richting einde gaat maken we met de wethouders van de sociale pijler van het G32-Stedennetwerk de balans op en laten wij hen zelf aan het woord over hun ervaringen.
Bron: G32.nl

De verkiezingen: “Uithuilen en opnieuw beginnen”
De Partij van de Arbeid kreeg een pak slaag afgelopen woensdag. Samen met de VVD ’het land op orde gebracht’, maar alleen de VVD kan dit als winst verzilveren. We volgden op de verkiezingsdag PvdA-er in hart en nieren Daan Sanders. "We zijn weggevaagd. Uithuilen en opnieuw beginnen.’’
Het verdriet van rood
Ja, het doet pijn als de partij die in je DNA zit geminimaliseerd wordt tot een clubje backbenchers. Die partij waar je als jochie bij demonstraties al vaandeldrager was. Voorop met de rode vlag en gebalde vuist. Zaankanter Daan Sanders (72) is vergroeid met de PvdA. Hij laat tranen, maar wil ook vooruit: op jacht naar het geluk voor iedereen.
Daan is bang dat koppensnellers nu in de partij schuldigen van de nederlaag zoeken en naar de slachtbank brengen. Een waarschuwing: "Ik heb het zelf lokaal meegemaakt in Zaanstad na onze nederlaag tegen Fortuyn. Ik was de lijsttrekker en heb een stap terug gedaan toen we waren gehalveerd. Ik dacht dat het goed was voor de partij, want ik ben niet de maat der dingen. Maar misschien had ik dat niet moeten doen. Het is niet relevant om mensen af te serveren. Dat is onnodig. Dat het slecht gaat met de PvdA komt niet door de PvdA, maar doordat de anderen het zo goed doen. We moeten terug naar de essentiële waarden van de partij.’’
Daan weet wat de essentiële waarden van rood zijn. "Vanaf het moment dat ik kon horen, was het politiek wat ik hoorde. Mijn vader kwam uit Groningen en was heel principieel. Hij weigerde dienst en kwam in de gevangenis in Scheveningen terecht. Een beetje anarchistisch ook wel. In de gevangenis ontmoette hij gelijk gestemde mensen en samen zijn ze een coöperatieve meubelzaak begonnen in Velsen-Noord: Aurora; morgenrood. Je kon er zegeltjes sparen om meubels te kopen. Hij heeft armoede gekend, maar werkte zich op tot voorzitter van allerlei verenigingen. Van de voetbal tot de woningverdeelcommisie. Moeder was heel tolerant. Een echt SDAP-nest. In plaats van cowboy Roy Rogers had ik plaatjes van politicus Koos Vorrink boven mijn bed hangen.’’
Oppasdag
De dag van de verkiezingsnederlaag begint vroeg voor Daan en zijn vrouw Lida. Woensdag is oppasdag en gaat hun wekker in Assendelft om kwart over zes. Op naar Haarlem waar hun zoon en vrouw drie jonge meiden hebben. Daan brengt de oudste naar school en geeft schoondochter een lift naar de trein. Daarna passen ze op de twee jongste spruiten. De middelste is ziekjes, dus zitten ze ondanks het mooie weer veel binnen. Lida heeft een pan eten gemaakt voor de gezamenlijke avondmaaltijd. Daarna moeten ze terug naar Assendelft waar ze wonen om te stemmen. PvdA natuurlijk, wat er ook gebeurt.
"Het wordt hoe dan ook een nederlaag’’, zegt hij ’s morgens nog aan de keukentafel in Haarlem. "Van 38 naar 15 hoop ik. Het hangt ook van toeval af. Net zo als het Turkije-incident. Toeval waardoor Rutte zich opeens als sterke leider kan profileren.’’
Daan en Lida ontmoetten elkaar op de sociale academie in Amsterdam en gingen samen wonen in Beverwijk. Later werd het de Zaanstreek. In 1970 werd Daan overtuigd lid van de PvdA en belandde in de lokale politiek. Wisselend als raadslid, fractievoorzitter en wethouder. Tot 2006. Toen was het welletjes. Ze wilden hem Ridder in de Orde van Oranje-Nassau maken, maar hij weigerde het lintje. "Er zijn mensen die veel meer voor de samenleving doen. Ik ken iemand die steeds ontspoorde pubers opvangt die haar portemonnee leegstelen en daarna helpt ze gewoon weer nieuwe jongens. Ik was bestuurder en dat had ook veel voordelen. Als wethouder economische zaken belandde ik in Japan en Afrika. Waarom zou ik een ridderorde moeten krijgen, het was ook gewoon werk.’’
Ja, ja. ’Gewoon werk’. Hij ademt, eet, drinkt en slaapt PvdA. Maakte zich op het congres druk over de koers. Schreef in 2009 al een notitie: Terug naar de basis. Een pleidooi om het grootste geluk te aanvaarden als beginsel voor de partij. Hij distilleerde er in 2014 ’Het rode boekje van de PvdA uit’. Niet meer dan een A-4tje (’Dat is iets wat Wilders goed heeft gedaan, het moet kort en duidelijk’) waarin wordt beschreven waar de partij voor zou moeten staan. Het congres omarmde begin 2015 het rode boekje waarin de geluksfactoren worden omschreven plus essentiële partijbeginselen.
De geluksfactor
"Het meest wezenlijke in de wereld is het geluk van mensen. Wij leven in het land van melk en honing en we geven ons geluk het cijfer 7,8, maar toch zijn we niet allemaal gelukkig.’’
Daan heeft er stapels boeken en rapporten over gelezen. Geluk is leidend in het mensenleven, dus is de geluksfactor als leidraad voor een politieke partij eigenlijk logisch. "Er zijn zeven factoren die ons geluk bepalen: familie, financiën, werk, sociale omgeving, gezondheid, levensfilosofie en persoonlijke vrijheid. Die hebben allemaal effect op je geluksgevoel. Als er voor een factor punten dalen, is dat ingrijpend. Familiebetrekkingen blijken heel belangrijk daarin. Maar als je dan weet dat 36 procent gaat scheiden en dat dát er het diepst inhakt bij het geluksgevoel, vind je dat dan een probleem?’’
Eenoudergezinnen
Het gezin als hoeksteen van de samenleving. Dat klinkt naar het CDA. "Je zou bijna denken dat ik ChristenUnie moet stemmen, maar die geloofspartijen hebben altijd dat waarschuwende vingertje. Ik niet. Scheidingen geven een enorme bak ellende in de maatschappij. Kinderen uit eenoudergezinnen doen het slechter op school, komen eerder in aanraking met geweld en criminaliteit, meer gezondheidsproblemen en ze leven korter. Dat is allemaal onderzocht. Ik wil geen waarschuwende vingertjes opheffen, maar ik zou er wel iets aan willen doen. Je moet op scholen al mensen trainen in partnerkeuze met het vak relatiekunde. Waarom willen ze die partner? Wat verwacht je van een relatie, waarom neem je kinderen en zou je daar niet beter mee wachten als je relatie een beetje is geland? Zorg verder voor maximale vrijheid voor abortussen en voorbehoedsmiddelen laat mensen experimenteren, maar laat ze ook heel goed nadenken over wat het betekent om een kind op de wereld te zetten. Zorg voor volop training en cursussen bij GGZ voor mensen die op het punt staan om vitale keuzes te maken in hun relatie.’’
De leesbril moet even af, want Daan wordt emotioneel onder zijn eigen betoog. "Er worden zoveel kinderen in de ellende gestort door scheidende ouders. Ieder kind moet gewenst zijn!’’ Als opa weet hij wat dat is: gewenste kinderen en kleinkinderen. Want tijdens het gloedvolle betoog, voert hij de jongste een banaan en een flesje.
Daan wil het beste voor zijn kleinkinderen, maar ook voor iedereen. "Ik vraag me altijd af wat het algemeen belang is.’’ Zijn geluksformules werden met warm applaus begroet, maar kwamen niet in het verkiezingsprogramma ’Een verbonden samenleving’ van de PvdA. Al staat hij wel genoemd als een van de inspirators.
Het geluk lacht de partij niet toe deze dagen. Het VVD-huwelijk kost stemmen. "Er zijn mensen die zeggen dat we eerder met de VVD hadden moeten breken. Maar we hebben ons woord gegeven dus moeten we het afmaken. We hebben samen met de VVD het land op orde gebracht, maar de PvdA kan zich daar niet zo goed mee profileren. De VVD wel.’’
Festina Lente
Om acht uur ’s avonds stemmen Daan en Lida in verzorgingshuis Festina Lente (=haast je langzaam). Hij maakt het vakje van Jeroen Dijsselbloem rood en zij dat van Lilianne Ploumen. Daarna volgen we op de bank de exit polls. Dat is incasseren om 21.00 uur. Van 38 naar 9 zetels... "We zijn weggevaagd. Het komt niet helemaal als een verrassing. Of het er nu 9 zijn of 12, we moeten uithuilen en opnieuw beginnen.’’ Een glas rode wijn verzacht de pijn.
Nog even filosoferen of het ook anders had gekund. "Het laatste jaar had het kabinet vier miljard over. Daar hebben ze de lasten mee verlicht. Tientjes en honderdjes uitgedeeld. Om het geluk in de samenleving te vergroten, hadden ze dat in de zorg moeten steken. Maar de VVD predikt lastenverlichting en dat kregen ze. Plus het electorale voordeel dat daarbij hoort. Misschien hadden we daar wel voor moeten gaan liggen.’’
Wie weet wat er gaat gebeuren nu Rutte met 4 of 5 partijen een kabinet moet gaan kneden. Dan is er meer kans op heibel in de tent. "Gelukkig hebben we een systeem waarbij tussentijds van alles kan gebeuren’’, zegt Daan.
Maar eerst moet de kater worden verwerkt. Zou de partij moeten proberen de afvalligen weer voor zich te winnen? "Na eerdere nederlagen zeiden partijleden dat we de Fortuynstemmers en PVV-stemmers moesten zien terug te krijgen. Maar moet je dat willen? Ik heb liever een kleine partij met principes dan een grote die de PVV napraat. We hebben nog 40.000 leden en een plek in de Tweede Kamer. Laten we aan de slag gaan en vernieuwen op basis van geluk.’’
Bron: Noordhollands Dagblad

Succesvol transformeren
"We hebben de wijkteams aanbesteed per wijk"
"De individuele hulpvraag van burgers vormt de basis voor het sociaal beleid in Zaanstad. Volgens wethouder Jeroen Olthof is de uitdaging daarbij niet alleen om burgers meer te laten participeren; de overheid moet dat zelf ook gaan doen. ‘Met geld en regels van bovenaf bepalenat er gebeurt, is niet meer van deze tijd. We moeten als gemeente leren kijken naar wat mensen echt nodig hebben. En ruimte durven creëren voor creatieve maat- werkoplossingen."
Hemelse modder
"Wat zijn nou precies de problemen van inwoners van Zaanstad? Daarvan hadden we als gemeente tot een paar jaar geleden eigenlijk nog geen helder beeld. Natuurlijk beschikten instellingen en organisaties over de nodige cijfers, maar die beperkten zich tot hun eigen disciplines. De samenhang tussen verschillende problemen was onduidelijk. In aanloop naar de decentralisaties hebben we de overlap in kaart gebracht. We zijn letterlijk in gesprek gegaan met inwo ners en hebben hun persoonlijke verhalen en ervaringen opgetekend. Daar zaten mensen tussen met enkelvoudige problemen, maar ook mensen die van meerdere rege- lingen tegelijkertijd gebruik maakten. Ze kregen bijvoor- beeld psychische ondersteuning, maar zaten ook in de schuldhulpverlening. Dit actieonderzoek resulteerde in het boekje ‘Hemelse Modder’. De verhalen laten mooi zien waar het in de decentralisatie over gaat. Met welke problemen mensen kampen, waar ze tegenaanlopen, aan welke ondersteuning ze behoefte hebben en wat ze verwachten van de gemeente. Het boekje is een soort leidraad geworden voor beleid, met als belangrijkste element: de individuele hulpvraag van burgers."
"We hebben de wijkteams aanbesteed per wijk"
Jeroen Olthof, wethouder Zaanstad
Integrale aanpak
"In Zaanstad hebben we de sociale wijkteams aanbesteed per buurt, in elf wijken in totaal. We zijn één van de weinige gemeenten in Neder- land die niet voor één grote zorgaanbieder heeft gekozen. De partij met het beste voorstel voor de betreffende wijk werd hoofdaannemer en mocht vervolgens zelf het sociale wijkteam samenstellen. We kiezen daarnaast voor een integrale aanpak. We betrekken bijvoorbeeld woning- bouwcorporaties bij de sociale wijkteams. Heeft iemand een moeder die niet meer zelfstandig de trap op kan, dan wordt gekeken naar de mogelijkheid voor een aanbouw. De indicatie vanuit het sociaal wijkteam en de oplossings- richting – passende huisvesting – liggen dus heel dicht bij elkaar. Een integrale aanpak is ook nodig om problematiek vroeg te kunnen signaleren. Hebben bewoners twee maanden huurachterstand, dan meldt de woningbouw- corporatie dat bij het sociale wijkteam. Die kan dan vroeg- tijdig actie ondernemen."
"We zijn letterlijk in gesprek gegaan met inwoners"
Jeroen Olthof, wethouder Zaanstad
Geen gelijke monniken, gelijke kappen
"Alles wat de sociale wijkteams doen, is gericht op de vraag van mensen. Dat betekent dat wij als gemeente de professionals in de wijkteams ook de ruimte geven om creatieve oplossingen te bedenken. Hiervoor hebben we een speciaal maatwerkbudget beschikbaar gesteld. Dat geld kunnen de wijkteams naar eigen inzicht inzetten, zonder voorbehoud. Ook mogen ze daarbij – in het belang van de oplossing – de regels even aan de kant schuiven. Een mooi voorbeeld is een meneer in de bijstand. Hij was met zijn gezin uit het Midden-Oosten gevlucht naar Nederland. In zijn geboorteland had hij een opleiding gevolgd tot lasser en hij wilde graag aan het werk. Hij kreeg de kans om bij Tata Steel aan de slag te gaan, maar moest zelf een laskap aanschaffen. Zo’n kap kost een paar honderd euro en dat had hij niet. Dus heeft het sociaal wijkteam die laskap voor hem betaald van het maatwerkbudget. Deze man kon weer aan het werk en zijn leven opbouwen. Inmiddels hebben we een lange waslijst met dit soort succesvoorbeelden, waarbij het budget wordt ingezet op een manier die niet strak georganiseerd is. Voor de gemeenteraad is dat weleens lastig. Wat hoe controleer je dit maatwerk? Krijgt iedereen in de bijstand voortaan zomaar een laskap? Nee, natuurlijk niet. Gelijke monniken, gelijke kappen gaat wat mij betreft niet op. Er bestaan geen gelijke monniken, net zo min als er gelijke inwoners bestaan. Neem twee mensen in armoede: de één heeft een groot sociaal netwerk, de ander is eenzaam en leeft volstrekt geïsoleerd. Voor beiden moet je een een ander ondersteunings- of activeringsinstrument inzetten. Die ruimte moet er dus zijn."
Leren kijken
"Hoe we het maatwerk gaan legitimeren, dat is de grootste uitdaging. Hoe we ruimte creëren voor nieuwe oplossingen, zonder dat die leiden tot willekeur of verspilling van geld. Wat we in elk geval niet willen, zijn nieuwe regels. Aanvraagprocedures en -termijnen werken alleen maar beklemmend en tijdrovend. Wat we wél willen, is van elkaar leren. Dus evalueren we achteraf met de wijkteams: wat ging er goed, wat niet?
Uiteindelijk blijf ik als bestuurder verantwoordelijk, dus wil ik ook weten wat er gebeurt. Maar de mensen in het veld moeten zich wel veilig voelen om bepaalde keuzes te maken. Ook als dat achteraf niet de juiste keuze blijkt te zijn. Als gemeente moet je dus bereid zijn om je positie ondergeschikt te maken aan de hulpvragen van mensen. In de participatiesamenleving gaat het er wat mij betreft niet alleen om dat burgers leren participeren; de overheid moet dat zelf ook gaan doen."
" Hebben bewoners twee maanden huurachterstand, dan meldt de woningbouwcorporatie dat bij het sociale wijkteam. Die kan dan vroegtijdig actie ondernemen."
Jeroen Olthof, wethouder Zaanstad
Bron: De gouden formule; 10 Gouden Sociale Gemeenten aan het woord.
Bijlage

Buurtenquête
De PvdA Zaanstad heeft in Krommenie een buurtenquête gehouden over de ondervonden drugsoverlast en over de mogelijkheid dat in Zaanstad Noord een coffeeshop zou kunnen worden gevestigd. Aanleiding was de discussie over actualisering van het coffeeshopbeleid, waarbij een aantal partijen pleitten voor de mogelijke vestiging van een (extra) coffeeshop in Zaanstad Noord.
Rond een derde van de respondenten ondervond nu en dan of veel overlast. De helft van hen verwacht dat vestiging van een coffeeshop tot meer overlast in Zaanstad Noord zal leiden. En tweederde tot driekwart vreest in dat geval meer overlast voor zichzelf.
Naar aanleiding van de buurtenquête heeft de fractie haar standpunt nog eens tegen het licht gehouden. De conclusie is dat het eerder ingenomen standpunt bevestigd is: de PvdA is tegen uitbreiding van het huidige aantal van drie coffeeshops in Zaanstad. Mocht zich ooit de situatie voordoen dat een van de Zaandamse coffeeshops verplaatst moet/zal worden, dan is het uitgangspunt: geen coffeeshop in een woonwijk in Noord. Wat de PvdA fractie betreft moet verandering van het coffeeshopbeleid bijdragen aan het oplossen van een probleem, of een nadrukkelijke wens zijn van de buurt. Van beide is geen sprake. De enquête laat zien dat buurtbewoners geen coffeeshop willen. Een coffeeshop zal ook geen bijdrage leveren aan het oplossen van de nu al geconstateerde problemen.
Net als de gemeente Zaanstad ondersteunt de fractie de inspanningen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten om de teelt te legaliseren. Dat maakt de inkoop voor eigenaren van coffeeshops veiliger en de kwaliteit van het product beter.
Via een persbericht en een brief naar de ondervraagde inwoners van Krommenie zijn de resultaten en het standpunt van de fractie teruggekoppeld.
De uitkomsten van de enquête zijn zowel in tekst als in cijfers beschikbaar. Klik op de link hieronder.
https://www.pvdazaanstreek.nl/actueel/683-buurtenquete-krommenie-bevestigt-standpunt-pvda-geen-behoefte-aan-een-coffeeshop